24% werkhervatters na WW gaat als uitzendkracht aan de slag
Uitzendwerk is een belangrijke manier om vanuit de WW aan het werk te gaan. Van de mensen met een WW-uitkering die in 2022 vanuit de WW het werk hervatten, ging 24% als uitzendkracht aan de slag. Dit aandeel ligt iets lager dan voorgaande jaren. Het percentage uitstromers uit de WW dat het werk hervatte met een vast of tijdelijk contract, lag in 2022 juist iets hoger dan in voorgaande jaren. Dat blijkt uit de update Uitzendwerk en werkhervatting als uitzendkracht, die UWV vandaag publiceerde.
Afname uitzenduren en uitzendbanen
Het aantal gewerkte uitzenduren daalt al langere tijd. In 2022 lag het aantal uitzenduren 6% lager dan in 2021.
Het aantal uitzendbanen kwam eind augustus 2023 op 446 duizend. Na een kleine piek in februari 2022 neemt het aantal uitzendbanen gestaag af. Hiermee loopt de ontwikkeling van uitzendbanen achter op die van de reguliere banen. Het aantal reguliere banen (zowel vast als tijdelijk) neemt namelijk gestaag toe. In januari 2022 was nog 6,0% van alle banen van werknemers een uitzendbaan. In december 2022 is dat aandeel gedaald naar 5,3%, en in augustus 2023 is dat aandeel 5,0%.
Uitstroom uit de WW naar werk
In 2022 had 71% van de voormalige uitzendkrachten in de WW bij beëindiging van de WW-uitkering (of kort daarna) weer betaald werk. Het percentage voormalig uitzendkrachten dat aan het werk is bij (of kort na) beëindiging van de WW, is daarmee iets lager dan in 2021.
Van de WW’ers bij wie de uitkering is beëindigd, hebben voormalig uitzendkrachten bij beëindiging of kort erna vaker weer betaald werk dan personen die vóór de WW direct bij een werkgever in dienst waren.
Uit eerdere analyses blijkt dat voormalig uitzendkrachten vaak na de WW weer als uitzendkracht aan het werk gaan.