ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Wet DBA als voorland van Wab

Deze week start de behandeling van de Wet arbeidsmarkt in balans in de Eerste Kamer met een bijeenkomst van deskundigen uit polder en wetenschap. Veel nieuws zal dat vermoedelijk niet opleveren. Daarom richt ik mij in deze column graag rechtstreeks tot de Eerste Kamerleden.

Vorige week vond Algemeen Overleg Arbeidsmarktbeleid van uw collega’s in de Tweede Kamer plaats. Geachte Eerste Kamerleden, ik raad u aan dit vooral terug te kijken. Daar was bij de behandeling van het Toezichtsplan Arbeidsrelaties van staatssecretaris Snel te horen waar gebrekkige wetgeving op de arbeidsmarkt in de praktijk toe leidt. U weet de handhaving van de Wet DBA is al eerder opgeschort, maar tegelijk heeft de Belastingdienst een controle uitgevoerd onder 104 bedrijven. Bij die controle draaide het om de vraag of de opdrachtgever tot een juiste kwalificatie van de arbeidsrelatie kan komen. Anders gezegd: gaat het bij inhuur om een zelfstandige of is er toch sprake van een dienstbetrekking? Belangrijkste conclusie van het onderzoek: omdat de regels zo complex zijn en geen duidelijke onderscheidende definities bevatten, lijkt het merendeel van de opdrachtgevers onjuist te handelen.

Geachte Eerste Kamerleden, dit is het voorland van de Wet arbeidsmarkt in balans. Want ook bij de payrollwetgeving gaat het om de ‘kwalificatie van de arbeidsrelatie’, namelijk gaat het bij inhuur om payrolling of is er toch sprake van uitzenden. De Raad van State oordeelde eerder dat de Wab-definitie van payrolling ‘onderscheidend vermogen mist’ en deze kwalificatie in de praktijk dus niet te maken is. Bij gebrek aan een heldere definitie worden in de Wab, net als bij de Wet DBA, ‘ter verduidelijking’ indicaties gehanteerd. Als een medewerker zijn vakantie af moet stemmen met de opdrachtgever, dan is dat een indicatie voor payrolling. Of een stuk vager, als het werk ‘tijdelijk’ is, dan is dat een indicatie voor uitzenden.

Geachte Eerste Kamerleden, de lessen van de Wet DBA zullen op dit punt de ervaringen van de payrollwetgeving gaan worden. Rechtsonzekerheid voor opdrachtgevers, werkenden en intermediairs met als gevolg wegvallen van marktvertrouwen, vraaguitval, langjarige juridische procedures, ontwijkgedrag, gebrekkige naleving en problemen bij de handhaving.

Geachte Senatoren, het is uw taak om de kwaliteit van onze wet- en regelgeving te toetsen op rechtmatigheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid. Op elk van deze punten voldoet de payrollwetgeving niet.