ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Nieuw criterium aan leden voorkomt discriminatie

Het bestuur en de leden van de ABU hebben ingestemd met een extra lidmaatschapscriterium ter voorkoming van discriminatie in uitzendondernemingen. Deze nieuwe eis moet ervoor zorgen dat discriminatie geen kans krijgt en dat de medewerkers van het uitzendbureau niet meegaan in het discriminerende verzoek van de opdrachtgever.

Hieronder leggen wij u stap voor stap uit hoe u aan dit lidmaatschapscriterium kunt voldoen.

Het lidmaatschapscriterium

De lidmaatschapscriteria staan in artikel 2 lid 1 van het Huishoudelijk Reglement. Aan dit artikel wordt een nieuw criterium als ‘sub’ toegevoegd en dit luidt als volgt:

Artikel 2

  1. Om tot lidmaatschap te kunnen worden toegelaten, dient betrokkene:
    1. e. beleid vast te stellen, in te voeren en te onderhouden gericht op het voorkomen van discriminatie.

Toelichting en implementatie

U ziet en leest dat de nadruk gelegd wordt op het vaststellen van beleid ter voorkoming van discriminatie. De feitelijke invulling van dit beleid is aan u. Uitgangspunt is dat het ABU-lid moet kunnen aantonen dat binnen de onderneming actief een antidiscriminatiebeleid wordt gevoerd. Dat wil zeggen dat er concrete acties zijn die regelmatig worden herhaald, uitgevoerd en gecontroleerd. Het doel is dat de consulent/intercedent een discriminerend verzoek van een opdrachtgever herkent én weet hoe te handelen.

Vormvereistenbeleid

De ABU heeft ervoor gekozen om zes verplichte vormvereisten van dit beleid te formuleren. Zo heeft u houvast en weet u wat er van u wordt verwacht. Daarnaast worden de zes vormvereisten onderdeel van de ABU-audit. Uw onderneming wordt hierop dus gecontroleerd.

Het beleid ter voorkoming van discriminatie moet:

  • door de directie zijn vastgesteld
  • regelmatig getoetst en onderhouden worden
  • bekend zijn bij alle vaste medewerkers
  • actief worden ingevuld door een stappenplan of een lijst met actiepunten om discriminatie tegen te gaan
  • vast onderdeel uitmaken van de opleiding van de vaste medewerkers
  • een klachtenprocedure bevatten voor zowel medewerkers als uitzendkracht

Vanaf 1 januari 2019 kunnen ABU-leden door de onafhankelijke inspectie-instelling gecontroleerd worden op de juiste naleving van het lidmaatschapscriterium.

Er gelden met ingang van 1 september 2022 er zeven verplichte vormvereisten. Het beleid ter voorkoming van discriminatie moet vanaf 1 september 2022 ook: 

  • actief worden uitgedragen richting opdrachtgevers. 

Suggesties invulling vormvereisten

Het is aan de onderneming zelf om op hun eigen wijze invulling te geven aan de vormvereisten van het lidmaatschapscriterium. Kunt u echter wat hulp of inspiratie gebruiken om de vereisten in te vullen? Dan is er een voorbeelddocument beschikbaar met suggesties bij elke vormvereiste.

Wilt u ervaring en kennis uitwisselen over het diversiteitsbeleid met collega’s? Bij interesse verzorgen wij een workshop, waarbij leden én een antidiscriminatievoorziening laten zien wat zij doen aan antidiscriminatiebeleid.

Gevolgen bij slechte naleving

Een ABU-audit op de naleving van de verplichte huisregels voor lidmaatschap van de ABU vindt in beginsel eens in de drie jaar plaats. Wanneer bij deze audit blijkt dat het antidiscriminatiebeleid voor het lidmaatschapscriterium niet of onvoldoende aanwezig is in de onderneming, gebeurt er het volgende:

  • Het ABU-lid begaat hiermee een overtreding.
  • Het ABU-lid krijgt vervolgens drie maanden de tijd om wel te voldoen aan het criterium.
  • Wanneer na drie maanden er opnieuw een (verplichte) audit plaatsvindt en er opnieuw géén of onjuist beleid aanwezig is in de onderneming, is de onderneming in gebreke. Hierop volgt royering van het ABU-lidmaatschap.

Royering van het lidmaatschap is de uiterste consequentie. Royering volgt niet wanneer het ABU-lid onverhoopt de fout ingaat en discrimineert. Het gaat er om dat er actief antidiscriminatiebeleid aanwezig is in de organisatie.

Gerelateerde artikelen