ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Meer handhaving in plaats van meer regels

‘Geen tweederangsburgers’ is de titel van het eindrapport van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten van Emile Roemer. Vorige week vrijdag was de publicatie. In het rapport staan aanbevelingen om de positie van arbeidsmigranten te verbeteren.

Wij zijn het met veel punten van harte eens. Er zijn misstanden, zoals onderbetaling, erbarmelijke huisvesting en te hoge huren. Die moeten hard worden aangepakt: honderd procent support van de ABU.

Maar de uitwerking van de maatregelen kan beter en moet ambitieuzer. Het rapport is onvoldoende in balans. Het stapelt maatregelen, waarvan sommige zeer ingrijpend zijn en verder gaan dan de bescherming van arbeidsmigranten.

Ik loop de belangrijkste voorstellen langs.

Een betere regulering van de uitzendbranche is nodig. Daar hebben we als ABU zelf ook voorstellen voor gedaan in ons plan 14 voorstellen voor meer kwaliteit in de branche. Veel van onze voorstellen komen terug in het advies van Roemer en dat is een goede zaak. Een strenge toets bij de poort, een waarborgsom voor uitzenders en een voorwaardelijke registratie bij de KvK. Daarbij houden wij vast aan SNA als de basis voor de regulering.

Op meerdere punten schiet Roemer door in de advisering. Een minimum-inhuurprijs voor uitzenden is zo’n voorbeeld. Verstrekkend, contraproductief en in strijd met de mededinging. Alsof de prijs van de dienstverlening door uitzendbureaus via cao’s moet worden bepaald.

Er is veel aandacht voor het huisvestingsvraagstuk en dat is goed. Meer en betere huisvesting is dé oplossing voor veel problemen met arbeidsmigranten. Het advies mist echter de concrete ambitie om het bestaande huisvestingstekort van 120.000 bedden weg te werken. Anderzijds wordt Roemer wel concreet als het gaat om meer kwaliteit. Binnen drie jaar moeten SNF en AKF naar vijftien vierkante meter leefruimte en één arbeidsmigrant per slaapkamer. Betere huisvesting kan alleen als er sneller meer betaalbare ruimte beschikbaar komt.

Opvallend is dat het rapport een blind vertrouwen heeft in de heilzame werking van meer regels voor werkgevers. Meer regels werken echter niet als malafide werkgevers de bestaande regels al niet naleven. Want het probleem in onze branche is niet te weinig regels, het probleem is te weinig handhaving.

Dat brengt me bij het laatste deel van het rapport. Ook hier ontbreekt de ambitie om door te pakken. De capaciteit van ISZW wordt uitgebreid, maar dat besluit was al eerder genomen. De inspectiedekking in de uitzendbranche gaat van 1% naar 2% van de uitzendondernemingen. Dat is geen sluitende aanpak. Dat is een druppel op een gloeiende plaat.

Gerelateerde artikelen