ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Rutger Groot Wassink: “De uitzendsector is een onmisbare partner”

In Amsterdam is momenteel in diverse sectoren een schreeuwend tekort aan personeel is. “En dat zal de komende jaren zo blijven,” stelt Rutger Groot Wassink, wethouder voor GroenLinks in Amsterdam.

Daar komt bij dat het kabinet forse ambities heeft op het terrein van klimaat, energie en wonen en om die ambities te realiseren, heb je geschoolde mensen nodig, vervolgt Groot wassink. “Tegelijk zien we dat er nog meer dan een miljoen mensen langs de kant staan. Er ligt dus een enorme opgave om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar te brengen.”

Het aanbod past niet een-op-een op de vraag, benadrukt Groot Wassink. “Het gaat vaak om mensen die langdurig buiten het arbeidsproces staan en die bijvoorbeeld ook schulden of psychische problemen hebben. Het kost tijd en energie om deze mensen weer aan de slag te helpen. Maar we mogen deze mensen niet afschrijven.” Volgens Groot Wassink is dit alleen op te lossen door een intensieve samenwerking tussen publieke en private partijen. “In Amsterdam hebben we tijdens de coronacrisis het Regionaal Werkcentrum opgezet, waarin de gemeente samenwerkt met UWV, opleiders, vakbonden en uitzendorganisaties. Een gebundelde dienstverlening dus, met een ontschot budget. Waarbij maar één vraag telt: waarmee en door wie kan iemand het beste aan werk geholpen worden? De Werkdesk Oekraïne waarbij meerdere partijen samenwerken om Oekraïense ontheemden snel naar werk te bemiddelen, is een goed voorbeeld van die ontschotte samenwerking.” Volgens Groot Wassink draait de publiek-private samenwerking ‘als een tierelier’. “In augustus zijn de middelen voor het Regionaal Werkcentrum uitgeput. Dat betekent dat het lukt om mensen aan de slag te helpen.” Voor Groot Wassink is het vanzelfsprekend dat de uitzendsector onderdeel is van die samenwerking. “Met al zijn expertise en ervaring is de uitzendbranche een onmisbare partner. Ik zie bij uitzenders veel innovatie om mensen duurzaam aan het werk te krijgen. Dat verdient alle lof.”

“Er ligt een enorme opgave om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar te brengen.”

Rutger Groot Wassink, wethouder voor GroenLinks in Amsterdam

Scheiding verantwoordelijkheden

Groot Wassink is positief over de kabinetsplannen voor de vernieuwing van de arbeidsmarktinfrastructuur. “Uit de plannen blijkt dat de minister de ambitie heeft om een beter werkend systeem op te zetten om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar te brengen. Dat is precies wat wij in Amsterdam al doen.” Ook de ABU ondersteunt die ambitie, zegt ABU-directeur Jurriën Koops. Positief in de plannen vindt hij de scheiding in de verantwoordelijkheid voor van-werk-naar-werk en voor van-geen-werk-naar-werk. “Dat laatste is een publieke verantwoordelijkheid. Begin dit jaar concludeerde de Nederlandse Arbeidsinspectie echter dat kwetsbare werkzoekenden onvoldoende ondersteuning krijgen binnen de publieke dienstverlening. Dat moet voorkomen worden met deze nieuwe infrastructuur. Publieke middelen zullen primair aangewend moeten worden voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Eenvoudige bemiddelingen kunnen prima via private partijen worden gerealiseerd. En ook als extra hulp nodig is, zoals scholing en begeleiding, kunnen veel uitzendorganisaties een goede bijdrage leveren.”

No wrong door?

“In de kabinetsplannen staat tevens dat er gewerkt gaat worden volgens het ‘no wrong door’ principe,” zegt Koops. “Omdat UWV en gemeenten geheel zelfstandig blijven, vrezen wij dat het Regionaal Werkcentrum toch een nieuwe deur wordt. Ook hebben de partners niet altijd een belang om andere partijen in te schakelen.” Er moet dus niet gedacht worden in termen van een ‘loket’, maar veel meer in een netwerk-samenwerking zoals in Amsterdam, zegt Koops. “Want anders wordt een Regionaal Werkcentrum al snel een extra deur.” Een mogelijke oplossing hiervoor zou een ‘triage-systeem’ kunnen zijn, stelt Koops. “Het Regionale Werkcentrum kijkt dan met een onafhankelijke bril naar wat een werkende, werkzoekende of werkgever nodig heeft en bepaalt vervolgens welke partij – publiek of privaat – tegen welke prijs de beste kwaliteit levert.”

Reactie ABU op de kabinetsplannen voor een nieuwe arbeidsmarktinfrastructuur

De ABU is positief over de ambitie van het kabinet om de arbeidsmarktinfrastructuur te vereenvoudigen, zodat werkenden, werkzoekenden en werkgevers een eenvoudige toegang tot die arbeidsmarktinfrastructuur krijgen en passende ondersteuning.

  • De samenwerking die in de RMT’s is ontstaan, moet verder worden doorontwikkeld.
  • Publieke middelen moeten alleen ingezet worden voor mensen met een grote achterstand tot de arbeidsmarkt, die het zonder inzet van publieke middelen niet redden.
  • Het Regionale Werkcentrum moet geen ‘loket’ worden, maar een netwerk-samenwerking die onafhankelijk bekijkt wat werkzoekenden, werkenden en werkgevers nodig hebben en vervolgens doorverwijst naar een publieke of private partij.
  • Een duurzame match hoeft niet altijd de uitkomst van de arbeidsmarktinfrastructuur te zijn; ook interventies als een beter profiel, een goed cv of een opleiding kunnen zeer waardevol zijn.
  • Voor een effectief activerend arbeidsmarktbeleid is structureel meer geld nodig dan de 500 miljoen die in het Regeerakkoord was gereserveerd.

Meer investeringen nodig

Tot slot is de ABU kritisch over het feit dat een duurzame match altijd de uitkomst van de nieuwe arbeidsmarktinfrastructuur zou moeten zijn. Koops: “Het kan ook zo zijn dat je een bijdrage levert die niet direct een match als uitkomst heeft. Denk aan een beter profiel, een goed cv of een opleiding die gevolgd is. De arbeidsmarktinfrastructuur mag niet gebruikt worden om een politieke discussie over vast en flex te voeren. Private partijen moeten onder dezelfde condities ten opzichte van de kernpartners mee kunnen doen aan de dienstverlening.”

“Het is een goede ontwikkeling dat er de afgelopen jaren in de Regionale Mobiliteitsteams samenwerking is ontstaan tussen gemeenten, UWV, sociale partners en private partners,” besluit Koops. “En tevens het werken met ontschotte budgetten en de focus op samenwerking op lange termijn juichen wij toe. De basis ligt er, maar zal verder doorontwikkeld moeten worden.” Voor een activerend arbeidsmarktbeleid is volgens wethouder Groot Wassink wel voldoende geld nodig. “De VNG heeft becijferd dat dat 1,5 miljard euro vraagt, terwijl het kabinet nog geen 500 miljoen euro daarvoor uittrekt. Aan de voorkant zal echt fors meer geïnvesteerd moeten worden. Want anders lossen we de grote problemen op de arbeidsmarkt niet op.”

Dit artikel is verschenen in ons blad Uitzendwerk van juli 2023

Lees inspirerende verhalen, ervaringen van experts en meer over publiek-private samenwerkingen in deze special.

Gerelateerde artikelen