ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Baanzoekers moeten meer hun best doen om aan een baan te komen

Vooralsnog blijf het een werknemersmarkt

In het eerste kwartaal van 2024 is duidelijk te zien, zowel bij werkgevers (vraag) als bij werknemers en baanzoekers (aanbod) dat de arbeidsmarkt is gekanteld. Sinds het begin van covid en de start van de hyperkrapte op de arbeidsmarkt, is de krapte terug naar ‘normale’ proporties. Inmiddels is duidelijk dat de arbeidsmarkt over haar hoogtepunt is, zo blijkt uit de meest recente cijfers over het eerste kwartaal van 2024 van de Intelligence Group (alle details staan op Arbeidsmarkt in Cijfers). De krapte is nog niet voorbij, maar veel indicatoren laten zien dat er wel degelijk sprake is van afkoeling. Een aantal bevindingen:

  • Het aantal mensen dat een baan heeft gevonden in het eerste kwartaal van 2024 is 60.000 minder dan een jaar geleden. Het afgelopen jaar was dit 1,78 miljoen personen. Historisch nog steeds hoog. Tegelijkertijd is de arbeidsmarktactiviteit toegenomen tot 11,9% wat duidt op meer aanbod van 40.000 actieve baanzoekers ten opzichte van het eerste kwartaal van 2023.
  • Voor het eerst sinds halverwege 2020 zijn minder mensen benaderd door recruiters, werkgevers en bureaus voor een nieuwe baan. Dit getal stijgt al een decennia kwartaal op kwartaal tot het eerste kwartaal 2024. Toen daalde het aantal personen dat minimaal één keer per maand wordt benaderd voor een nieuwe baan van 41,6% naar 41,3%
  • Er is ook sprake van een lichte toename van de verwachte zoekduur naar een baan door werknemers. Ook hier was al ruim drie jaar geen stijging meer waargenomen.
  • De verhouding tussen vraag en aanbod kwam dit kwartaal nét onder de 3:1, waardoor de kwalificatie van de wervingshaalbaarheid op de totale markt voor het eerst in bijna drie jaar van ‘zeer moeilijk’ naar ‘moeilijk’ is gegaan. Nog steeds kan een actieve baanzoeker kiezen uit 3 openstaande vacatures.

Meer indicatoren duiden op minder schaarste

Ook andere bronnen laten zien dat de schaarste op de arbeidsmarkt het ‘hoogtepunt’ heeft gehad. Zowel kwantitatief (minder vacatures t.o.v. het actieve aanbod van arbeid) als meer kwalitatief (minder ondernemers die aangeven dat ze belemmerd worden door een tekort aan personeel) is er sprake van een afname van schaarste.

Ook is er sprake van toename van de werkloosheid, al is deze nog veel te laag om van een arbeidsmarkt in evenwicht te spreken. Samenhangend met de oplopende werkloosheid zien we dat het vinden en behouden van werk iets moeilijker begint te worden. De indicator die vorig jaar door de Intelligence Group is ontwikkeld staat met 118 punten nog steeds relatief hoog (hoe hoger de waarde boven de 100, hoe makkelijker het zou moeten om werk te vinden en/of te behouden), maar vertoont duidelijk een dalende trend. In december stond de indicator nog op 131 punten.

Krappe arbeidsmarkt lijkt aan te houden

De arbeidsmarkt reageert vertraagd op de economische teruggang die vorig jaar werd ingezet. Inmiddels lijkt de economie de weg naar boven weer voorzichtig te hebben ingeslagen, waardoor de vraag rijst: is de kanteling op de arbeidsmarkt slechts van korte duur of zal er langere tijd sprake zijn van iets meer ontspanning? Van een ruime arbeidsmarkt is voorlopig nog geen sprake. De vraag is nog steeds hoog en het aanbod relatief laag. Daarbij hebt de vergrijzing en de lage arbeidsproductiviteit eerder voor een toenemende druk op de arbeidsmarkt in plaats van een verdere afkoeling.

“Werkgevers moeten wennen aan het feit dat ze weer reacties krijgen op vacatures, al loopt het nog niet storm. Ook staan de uurtarieven van zzp’ers onder druk. Signalen dat de arbeidsmarkt iets normaliseert”, aldus Geert-Jan Waasdorp, CEO van de Intelligence Group. “De vraagkant van de arbeidsmarkt heeft duidelijk de handrem iets aangetrokken. De onstuimige groei bij bureaus lijkt tot stilstand gekomen. Tegelijkertijd is de markt in transitie omdat werknemers nog steeds kiezen voor het zzp-schap. Voldoende dynamiek die ook invloed hebben op de gepercipieerde krapte door werkgevers.” 

Bron: Intelligence Group

Gerelateerde artikelen