ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Krapte wordt kiezen

Niet het blijven pamperen van gevestigde belangen, maar focussen op een nieuwe economie. Door de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt zijn fundamentele keuzes onvermijdelijk, betogen hoogleraar Ton Wilthagen en oud-topambtenaar Bernard ter Haar.

“Er is een nu al enorme krapte op de arbeidsmarkt,” aldus Ton Wilthagen, hoogleraar Arbeidsmarkt aan de Tilburg University. “Dat heeft een ontwrichtend effect op bedrijven en instellingen, maar ook op de samenleving als geheel.” En die krapte is structureel en langdurig van aard, voorspelt Bernard ter Haar, die als oud-topambtenaar verbonden is aan de onafhankelijke denktank DenkWerk. “Dit kabinet heeft bovendien grote ambities op het gebied van de klimaat- en energietransitie en de woningbouw, constateert hij. “Die ambities zijn allemaal arbeidsintensief. We krijgen dus te maken met een gigantisch tekort aan personeel.”

“We hebben een deeltijdcultuur, maar wél een voltijdsverwachting over het functioneren van onze samenleving.”

Ton Wilthagen, hoogleraar Arbeidsmarkt aan de Tilburg University

Alle schuifjes openzetten

In het voorjaar schreef Wilthagen ten behoeve van de Commissie Sociale Zaken van de Tweede Kamer een position paper over de krapte. Daarin lanceerde hij zijn ‘schuifjesmodel’. “Er zijn tien schuifjes die je open kunt zetten om de krapte te verlichten,” zegt hij. “Gezien de urgente situatie moeten alle schuifjes zoveel mogelijk worden opengezet.” Maar wat zijn nu in zijn ogen de knoppen waar je het meest eenvoudig aan kunt draaien? “Dat is ten eerste de arbeidsproductiviteit. Door de inzet van nieuwe technologieën moet het werk efficiënter worden, waardoor je minder mensen nodig hebt. Vroeger dachten we dat robots onze banen zouden afpakken. Nu hebben we ze hard nodig.” Daarnaast zal de arbeidsdeelname omhoog moeten, analyseert Wilthagen. “Nederland is kampioen werken in deeltijd. Dat is cultureel bepaald: we vinden andere dingen buiten het werk heel belangrijk. Ter illustratie: in Zuid-Korea wordt per jaar 2.200 uur gewerkt, wij komen net boven de 1.400 uur uit. We hebben dus een deeltijdcultuur, maar wél een voltijdsverwachting over het functioneren van onze samenleving.” Een derde knop waaraan gedraaid kan worden, is die van studenten, stelt hij. “Door ze meer te gaan betalen, verleid je ze om voor een bijbaan in tekortsectoren te kiezen. Bijvoorbeeld als medewerker bij de alarmcentrale of buschauffeur. Benut jong talent waar het schuurt. Er ligt een mooie taak voor uitzenders om ze naar die betere bijbaan te bemiddelen.”

Arbeidsmarkt wordt vechtmarkt

“Willen we onze welvaart behouden, dan is ook arbeidsmigratie onontkoombaar,” vervolgt Ter Haar. “Een flink deel van de werknemers in de horeca, detailhandel en schoonmaak komt al uit het buitenland. We moeten echt af van de politieke kramp over arbeidsmigratie, maar deze wel op een rechtvaardige en solidaire manier organiseren.” Maar ook al zetten we alle tien de schuifjes open, dan nog zal arbeid volgens Wilthagen schaars blijven. “De economie kan simpelweg niet meer alles bestellen bij de arbeidsmarkt. Krapte wordt kiezen. Dus is het zaak dat we verantwoord met ons arbeidspotentieel omgaan.” Ter Haar sluit zich daarbij aan. “De arbeidsmarkt wordt een vechtmarkt. Voor de eerste keer in onze geschiedenis ligt de macht niet meer bij werkgevers, maar bij de werknemers. Als we niet oppassen geeft dat een grote loondruk omhoog en komen we in een loon-prijsspiraal terecht.” Hij roept de vakbeweging dan ook op haar maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. “Dat is altijd het uitgangspunt van het poldermodel geweest. Misbruik je onderhandelingsmacht niet. Want pleiten voor onredelijke loonstijgingen, vroegpensioenregelingen en een kortere werkweek zet de arbeidsmarkt en daarmee de Nederlandse welvaart verder onder druk.”

Wat kunnen we doen aan de krapte?

Hoogleraar Ton Wilthagen ontwikkelde het ‘schuifjesmodel’. Er zijn tien schuifjes die opengezet kunnen worden om de krapte te verlichten:

1. Arbeidsdeelname in uren stimuleren
2. Verhogen van de arbeidsproductiviteit
3. Inzet van studenten in tekortsectoren
4. Activeren van het onbenutte arbeidspotentieel
5. Arbeidsmigratie
6. Beïnvloeden studiekeuze
7. Arbeidsvoorwaarden (hoogte loon, aanpak werkdruk, ontwikkelmogelijkheden et cetera)
8. Skillsmatching
9. Doorscholen medewerkers
10. Interregionale mobiliteit

Grote verbouwing economie

“De afgelopen jaren is in Nederland ontzettend veel tijd van politici en beleidsmakers gaan zitten in de discussie over arbeidscontractvormen,” zegt Wilthagen. “Dat heeft het veel urgentere probleem van de krapte overschaduwd. Als dit vruchteloze debat er niet was geweest, waren we een stuk verder met de oplossing van de echte problemen van ons land.”

In politiek Den Haag is het besef dat we ons geld moeten verdienen met aanzienlijk minder mensen nog onvoldoende doorgedrongen, constateert ook Ter Haar. “Een grote verbouwing van onze economie is onontkoombaar. Sectoren die stevig bijdragen aan het verdienvermogen van Nederland – kennisintensieve sectoren en de commerciële dienstverlening – moeten prioriteit krijgen. Sectoren die weinig toevoegen aan onze brede welvaart – denk aan de land- en tuinbouw, de logistiek en voedingsindustrie – moeten fors krimpen. Dat vraagt om een actieve beleidsagenda, die er heel anders uitziet dan het Hoofdlijnenakkoord van dit kabinet.”

"We zullen voorrang moeten geven aan sectoren die stevig bijdragen een het verdienmodel van Nederland."

Bernard ter Haar, lid denktank DenkWerk

Circulaire migratie

“Niet het blijven pamperen van gevestigde belangen, maar focussen op de belangen van de nieuwe economie,” dat is wat volgens Ter Haar nodig is. “Belangrijke ingrediënten daarvoor zijn versterking van ons onderwijs, het stimuleren van onderzoek en ontwikkeling, investeren in om- en bijscholing en overheidssubsidies richten op sectoren die bijdragen aan onze kennisintensieve diensteneconomie.” Die nieuwe economie vraagt bovendien om vervanging van laaggeschoolde arbeidsmigranten door buitenlandse kennismigranten, aldus Ter Haar. “Waarbij circulaire arbeidsmigratie het uitgangspunt is en de kennismigranten na tien jaar met een goede opleiding weer teruggaan naar hun land van herkomst.”

“Mijn boodschap aan de politiek en sociale partners is: stap over je eigen schaduw heen en richt je op de veranderende toekomst,” concludeert Wilthagen. “We hebben nu nog een goed draaiende economie en er zijn knoppen waar we aan kunnen draaien. Maar kom in actie. Want de tijd van pappen en nathouden is echt voorbij.”

Jurriën Koops, directeur ABU: “Sluit geen oplossingen én geen partijen uit”

“Als ABU juichen we het toe dat de arbeidsmarktkrapte serieus aandacht krijgt in het regeerprogramma van dit kabinet. In veel sectoren is een nijpend tekort aan personeel, wat onze samenleving nu al ontwricht. Bovendien heeft de overheid grote ambities op het terrein van de energietransitie, de woningbouw en de zorg. Maar zonder mensen kunnen die ambities simpelweg niet gerealiseerd worden. Het is daarom een goede zaak dat het kabinet de dialoog wil aangaan met de polder en met maatschappelijke organisaties. Want niemand kan dit probleem in z’n eentje oplossen. De uitzendbranche bevindt zich in het hart van de arbeidsmarkt en wijleveren graag onze bijdrage aan de grote vragen die er liggen. Want hoe realiseren we een productiviteitsagenda? Hoe krijgen we door publiek-private samenwerking meer mensen aan het werk? Hoe zorgen we ervoor dat mensen meer uren gaan werken? Hoe brengen we de economische en maatschappelijke baten van arbeidsmigratie meer in balans? En welke economie willen we in Nederland eigenlijk? Het probleem van de arbeidsmarktkrapte is groot én urgent. Dus mijn advies aan het kabinet is: sluit geen oplossingen uit en sluit geen partijen uit. Een inclusieve arbeidsmarkt vraagt inclusief denken én handelen. Laten we vooral gezamenlijk zien te voorkomen dat Nederland stilvalt.”

Gerelateerde artikelen