ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

“Uitzenden zal de norm voor flexwerk moeten zijn”

Eerste Kamerlid Niek Jan van Kesteren (CDA)

“De optimistische boodschap in het CDA-verkiezingsprogramma is dat Nederland anders en beter kan. Dat is mogelijk als we de juiste lessen trekken uit de crisis en tegelijk een antwoord geven op de grote vragen die al voor corona leefden,” stelt Niek Jan van Kesteren, die namens het CDA in de Eerste Kamer zit. “Een van de noodzakelijke veranderingen is de hervorming van onze arbeidsmarkt. Die arbeidsmarkt is aan groot onderhoud toe. In de voorbije jaren zijn er een aantal onevenwichtigheden ontstaan, zoals het grote aantal zzp’ers dat Nederland kent. Dat vraagt om verandering.” Het CDA volgt de lijn die de commissie-Borstlap heeft uitgezet. Borstlap pleit voor drie rijbanen: een rijbaan voor het vaste contract, een rijbaan voor uitzendkrachten en een rijbaan voor zelfstandigen die echte ondernemers zijn. Uitgangspunt daarbij is dat er meer vaste banen moeten komen. Van Kesteren: “Dat vraagt erom – zoals Borstlap ook bepleit – om meer flexibiliteit in te bouwen in het vaste contract. Die vaste baan zal moeten ‘meebewegen met de markt’. Concreet wil dat zeggen dat mensen makkelijker naar andere vestigingen van een bedrijf kunnen worden overgeplaatst of van functie kunnen wisselen als dat voor een bedrijf economisch nodig is. Daarnaast is het nodig om het vaste contract aantrekkelijker te maken voor werkgevers. Aan dat contract zitten nu veel risico’s en hoge kosten vast, en dat werpt een drempel op. Het CDA wil daarom de loondoorbetalingsplicht bij ziekte beperken en voor ontslagvergoedingen een eenvoudiger regeling.”

 

“Wij willen dat misstanden worden aangepakt met strengere eisen aan uitzendorganisaties en meer controles in het grijze en zwarte circuit.”

 

Rijbaan voor uitzenden

Ook voor uitzenden is er in het Borstlap-model een aparte rijbaan voorzien. Van Kesteren: “Uitzenden is een goed gereguleerde vorm van werk en een belangrijk onderdeel van onze arbeidsverhoudingen. Er ligt een keurige cao en er is wet- en regelgeving die uitzenden normeert. Uitzenden zal de norm voor flexwerk moeten zijn. Borstlap wil echter het uitzenden beperken tot 26 weken. Daarmee doe je geen recht aan de belangrijke allocatiefunctie van uitzenden, die termijn moet worden uitgebreid. Als uitzenden de norm wordt, betekent dat wel dat uitzenden moet worden ontdaan van malafide praktijken. De ABU realiseert zich dat terdege. Ik vind het heel verstandig dat de ABU met een veertienpuntenplan is gekomen om malafiditeit te bestrijden en de toegang tot de uitzendmarkt te beperken.”

Nieuw sociaal akkoord

Volgens Van Kesteren is samenwerking tussen werknemers, werkgevers en de politiek altijd de basis geweest voor de stabiliteit en het succes van onze economie. Daarom pleit het CDA voor een herwaardering van de polder. “Het rapport-Borstlap is nog een grofmazig model dat door de sociale partners moet worden uitgewerkt in een nieuw sociaal akkoord. Onderdeel daarvan zou ook een nieuw stelsel van leerrechten moeten zijn, waardoor het mogelijk wordt voor iedere werknemer om zichzelf te blijven ontwikkelen of om te scholen. Het CDA is er bovendien voorstander van dat iedere werkende op elk moment via een loopbaan-APK een persoonlijk advies kan krijgen. Verder wil het CDA dat er voor alle werkenden een basisvoorziening voor arbeidsongeschiktheid komt en dat het voor zelfstandigen eenvoudiger wordt om een pensioen op te bouwen.”

Kans voor iedereen

De inclusieve arbeidsmarkt is tevens een belangrijke waarde voor ons, vervolgt Van Kesteren. “In een samenleving waar iedereen meedoet, mag een uitkering nooit een eindstation zijn. Wij willen een terugkeer van de sociale werkvoorziening in de vorm van een landelijk netwerk van Sociaal Ontwikkelbedrijven voor mensen die meer begeleiding nodig hebben bij eenvoudig werk. De Banenafspraak, bedoeld om mensen met een arbeidsbeperking aan de slag te helpen in het bedrijfsleven of bij de overheid, moet worden voortgezet. En wij willen werkgevers belonen die mensen met een arbeidsbeperking in dienst nemen.” Tevens zet het CDA zich in voor een betere begeleiding van werkzoekenden op de regionale arbeidsmarkt. “Daarvoor is het belangrijk dat de samenwerking van gemeenten, UWV, uitzendbureaus en onderwijsinstellingen wordt gestimuleerd. Een breed aanbod van stageplekken, regulier werk, tijdelijk werk, een basisbaan of scholing kan ervoor zorgen dat iedereen mee kan doen.”

Arbeidsmigratie

Tot slot wordt het vraagstuk van arbeidsmigratie in het CDA-program belicht. “Wij willen dat slechte werkomstandigheden, misbruik en uitbuiting van arbeidsmigranten worden aangepakt met strengere eisen aan uitzendorganisaties en meer controles in het grijze en zwarte circuit. Werkgevers met een grote behoefte aan arbeidsmigranten krijgen een eigen verantwoordelijkheid in de opvang, huisvesting en begeleiding. Verder wordt in het verkiezingsprogramma gepleit voor een betere regulering van arbeidsmigranten op grond van het vrij verkeer van personen. Ik wil daar persoonlijk een kanttekening bij zetten. Arbeidsmigratie is cruciaal voor de Nederlandse economie. Zonder arbeidsmigranten valt onze economie stil. Vooral in de land- en tuinbouw zijn arbeidsmigranten onontbeerlijk. Die grote economische waarde van arbeidsmigratie moet wat mij betreft dan ook een belangrijke rol in deze discussie spelen.”

Dit interview verscheen in Uitzendwerk 4 2020

Gerelateerde artikelen