ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Tussenuitspraak werkplatform Temper: collectieve actie FNV en CNV dient groter belang

Op 11 oktober 2023 heeft de rechtbank Amsterdam in een tussenuitspraak geoordeeld dat de procedure die de vakbonden FNV en CNV tegen Temper hebben ingesteld deels verder kan gaan.

In de zaak had de rechter de opt-out en opt-in mogelijkheid opengesteld, zodat werkenden via Temper konden aangeven of zij zich wel of niet in de collectieve actie wilden laten vertegenwoordigen door de vakbonden. Als gevolg daarvan ontving de rechtbank in totaal 15.298 opt-out verklaringen en 117 opt-in verklaringen.

De wet bepaalt dat als het aantal personen dat een beroep doet op de opt-out mogelijkheid te groot is, de rechter kan besluiten de procedure geen doorgang te laten vinden. Gezien het grote aantal opt-out verklaringen, heeft de rechter besloten om alle vorderingen te beëindigen die de vakbonden hebben ingediend ter bescherming van de belangen van de werkenden via Temper.

Wat betreft de overige vorderingen, oordeelt de rechtbank dat deze een groter belang dienen, namelijk de bescherming van werkenden in het algemeen (onder andere waarborging van een rechtvaardige arbeidsmarkt, tegengaan schending werknemersrechten en oneerlijke concurrentie). De rechter overweegt dat het aantal opt-out verklaringen dan ook geen aanleiding is om de collectieve actie op deze punten te beëindigen. De algemene bescherming van werknemers rechtvaardigt dat de procedure op deze vorderingen wordt voortgezet.

Een belangrijk standpunt van de collectieve actie is dat Temper in strijd zou handelen met artikel 7a Waadi (verbod ter beschikking stellen zonder registratie). De vakbonden vinden dat Temper een verkapt uitzendbureau is en dus niet mag werken met zelfstandigen. Volgens FNV en CNV is dat niet alleen vervelend voor de mensen die onverzekerd werken, maar ook voor de sector.

Gerelateerde artikelen