ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

“Nederland toekomstbestendig maken, dat is mijn ambitie”

Vijf maanden is Ingrid Thijssen nu voorzitter van VNO-NCW. Ze treedt aan in een turbulente tijd. Want niet alleen de coronacrisis vraagt haar volle aandacht, maar ook de hervorming van de arbeidsmarkt ligt als belangrijk dossier op tafel. Reden genoeg voor een interview over de uitdagingen die voor haar liggen.

Hoe kijkt u terug op de eerste vijf maanden van uw voorzitterschap?

“Het zijn ongelooflijk roerige maanden geweest. Toen ik in september het stokje overnam van Hans de Boer, hadden we net een steunpakket afgesproken waarbij we ervan uitgingen dat er géén tweede coronagolf zou komen. Inmiddels vrezen we al voor een derde golf en hebben we te maken met de strengste maatregelen sinds de uitbraak. Ik heb er veel waardering voor dat ondanks de lange duur van deze crisis, we recentelijk met het kabinet toch een sterke verbetering van het steunpakket hebben kunnen afspreken. Tegelijkertijd is er bij VNO-NCW ook hard gewerkt aan een middellange termijn agenda, waaraan de ABU ook intensief heeft meegewerkt.”

Ingrid Thijssen, voorzitter VNO-NCW

“Uitzendwerk biedt honderdduizenden mensen een laagdrempelige opstap naar de arbeidsmarkt.”

Hoe heeft de coronacrisis Nederland veranderd?

“Het bijzondere aan deze crisis is dat er bedrijven zijn – denk aan webwinkels, voedselproducenten of leveranciers van medische apparatuur – die wel omzet kunnen draaien. Maar er is ook een groot aantal bedrijven dat ontzettend hard door de crisis wordt geraakt. En hoewel we misschien wel het beste steunpakket van heel Europa hebben, is dat voor veel individuele ondernemers niet voldoende. Ze moeten hun spaargeld aanspreken of zijn bezig hun pensioen op te eten, om zo de boel overeind te houden. Dat is natuurlijk een situatie die niet kan voortduren. Maar de vraag is ook: hoe gaan we hier straks weer uitkomen? Als bedrijven straks weer open mogen, hebben ze geld nodig om voorraden in te kunnen kopen. Daarom zijn wij met het kabinet in gesprek over een aanvullend kick-start pakket.”

 

“We hebben op de arbeidsmarkt een infrastructuur nodig die ervoor zorgt dat mensen – nog voordat ze werkloos worden – weer naar een andere baan worden bemiddeld.”

 

In een eerder interview zei u: ‘Ik wil Nederland vooruit helpen’.

“Dat klopt. Het is mijn ambitie om Nederland toekomstbestendig te maken. Er ligt een aantal belangrijke maatschappelijke vraagstukken. Denk aan de energietransitie, de verduurzaming van de landbouw en hervorming van de arbeidsmarkt. Maar ook de gezondheidszorg, die een steeds groter deel van de overheidsfinanciën in beslag neemt. Die vraagstukken moeten echt getackeld worden om ervoor te zorgen dat ook voor toekomstige generaties Nederland een goed land blijft om in te wonen en te werken. Dat is wat mij drijft en waarvan ik zie dat het bedrijfsleven daar een belangrijke bijdrage aan kan en moet leveren.”

Kijkend naar de arbeidsmarkt, wat zijn dan de belangrijkste uitdagingen?

“Voor corona wisten we al dat er heel veel banen gaan veranderen of verdwijnen door technologische ontwikkelingen, de digitalisering en de energietransitie. Daar komen gelukkig veel nieuwe banen voor in de plaats. Zo’n miljoen tot anderhalf miljoen mensen moeten de komende jaren geholpen worden naar ander werk. Dat vraagstuk is door de coronacrisis versneld. Wat we voor de coronacrisis ook al wisten, is dat er een betere balans tussen vast en flex moet komen. In vergelijk met andere landen hebben wij wel erg veel flex. Vooral aan de basis van de arbeidsmarkt leidt dat tot problemen. Daar zie je dat mensen in flexibele banen terechtkomen, daardoor geen inkomenszekerheid hebben en makkelijk hun baan weer verliezen. Ook dat probleem is extra zichtbaar geworden door de coronacrisis.”

Geven de rapporten van de commissie-Borstlap en de WRR wat u betreft de marsroute aan?

“Ik denk dat in deze rapporten de vinger wordt gelegd op de meest knellende arbeidsmarktproblemen en er tevens een aantal goede oplossingsrichtingen worden aangedragen. Als VNO-NCW willen wij graag komen tot een nieuw sociaal akkoord met de vakbonden, waarin we een heel aantal van die aanbevelingen ook echt handen en voeten gaan geven.”

Wat wilt u bijvoorbeeld in dat sociaal akkoord regelen?

“Een belangrijk uitgangspunt is inkomenszekerheid. Op dit moment zijn er eigenlijk twee prikkels die ervoor zorgen dat werkgevers kiezen voor een flexibele arbeidsrelatie. Allereerst de fiscale prikkels die sommige vormen van flexwerk, met name zzp, onbedoeld in de hand werken. Daarnaast is het vaste contract zo zwaar beladen met verantwoordelijkheden en risico’s, dat ondernemers er voor terugdeinzen om hun werknemers een vast contract aan te bieden. Die twee dingen samen maken dat er met name aan de basis van de arbeidsmarkt te veel mensen in een kwetsbare positie zitten. Dat moeten we gaan oplossen. Daarnaast moeten we een goed sociaal vangnet organiseren. Elke werkende, los van de contractvorm, moet aanspraak kunnen maken op sociale zekerheid. Niet alleen voor arbeidsongeschiktheid, maar ook voor werkloosheid en pensioen.”

En wat moet er gebeuren om mensen dan weer snel aan het werk te helpen?

“We zullen op de arbeidsmarkt een infrastructuur moeten hebben die ervoor zorgt dat mensen – nog voordat ze werkloos worden – weer naar een andere baan worden bemiddeld. Die infrastructuur is in Nederland vrij zwak. In de arbeidsmarktregio’s moet er een gezamenlijke infrastructuur komen van werkgevers- en werknemersorganisaties. De uitzendbranche kan daarbij een belangrijke partner zijn. Wel vind ik het van belang dat het dan niet alleen gaat om het maken van een snelle match. Uitzendorganisaties zullen zich nog meer moeten gaan richten op de loopbaanbegeleiding en -ontwikkeling van de mensen die ze bemiddelen.”

Maar u ziet de waarde van uitzendwerk?

“Zonder meer. Uitzendwerk biedt honderdduizenden mensen een laagdrempelige opstap naar de arbeidsmarkt. Vooral mensen die een grotere afstand tot de arbeidsmarkt hebben, zoals statushouders, mensen met een arbeidsbeperking of mensen die in de WW of bijstand zitten. Dat is maatschappelijk gezien bijzonder waardevol. Bovendien heeft uitzendwerk in economische zin een heel wezenlijke rol. Het bedrijfsleven heeft behoefte aan flexibiliteit. Dat zie je nu ook tijdens deze coronacrisis. Bedrijven die het moeilijk hebben, kunnen afschalen. Maar op andere plekken, zoals in teststraten, distributiecentra en bij GGD’s, wordt juist opgeschaald. Die flexibiliteit is en blijft hard nodig.”

Dat geldt ook voor arbeidsmigranten?

“We hebben arbeidsmigranten keihard nodig. Het is werk dat ze doen is cruciaal om onze economie draaiende te houden en er zijn te weinig Nederlanders die het werk willen doen. En gezien onze krimpende beroepsbevolking de komende jaren, gaan we arbeidsmigranten alleen nog maar harder nodig hebben. Maar dat betekent tevens dat er een opdracht ligt om fatsoenlijk met arbeidsmigranten om te gaan. Ik denk dat de ABU daarin heel erg voorop loopt. Ik vind het zeer te waarderen dat de ABU onlangs de Fair Employment Code Arbeidsmigranten en het Fair Recruitment Charter Arbeidsmigranten heeft opgesteld. De boodschap is: uitzendbureaus die zich daar niet aan houden, zijn niet welkom bij ons.”

Heeft u tot slot nog een advies aan de branche?

“Kort en krachtig: ga door met het streven om de kwaliteit in de branche te verhogen. En ga aan de slag met loopbaanbegeleiding en –ontwikkeling, om zo mensen naar een nieuwe toekomst te brengen.”

 


Over Ingrid Thijssen:

Ingrid Thijssen begon haar loopbaan bij de Nederlandse Spoorwegen, waar ze opklom tot directievoorzitter van NS reizigers. In 2014 maakte ze de overstap naar de Raad van Bestuur van Alliander, waar ze in 2017 CEO werd. Als voorzitter van de werkgeversvereniging voor afval-, kabel-, milieu- en energiebedrijven was ze ook lid van het dagelijks bestuur van VNO-NCW. In september vorig jaar volgde ze Hans de Boer op als voorzitter van deze werkgeversvereniging.

Gerelateerde artikelen