ABU: Algemene Bond Uitzendondernemingen

Gaat verplichte certificering de uitzendbranche beter reguleren?

Is de verplichte certificering voldoende om malafiditeit in de uitzendbranche tegen te gaan of is er meer nodig? Drie vragen aan twee experts.

 

Piet Fortuin, voorzitter van vakbond CNV Vakmensen.

 

Kan het certificeringsstelsel slagen zonder voldoende publieke handhaving?

“Nee, dat kan niet. Als CNV zijn wij voorstander van verplichte certificering. Het kan een middel zijn om in de uitzendbranche het kaf van het koren te scheiden. Maar als er te weinig wordt gehandhaafd en de sancties zijn te licht, dan gaat het niet werken. Er zijn heel veel goede uitzenders, maar er lopen genoeg boeven rond die de mazen in de wetgeving zoeken. Die zijn simpelweg bezig met kansberekening: een kleine pakkans en lage boetes? Dan is het lucratief om zich te blijven onttrekken aan de regels. Regelgeving moet worden nageleefd, anders wordt het een papieren tijger.”

Heeft de Inspectie SZW voldoende middelen om de verplichte certificering te handhaven?

“Nee, en dat is iets waar wij als CNV al lange tijd over klagen. Er is echt een capaciteitsuitbreiding en een intensivering van de controles noodzakelijk. Overtreed je als uitzendbureau de regels, dan volgt eerst een waarschuwing. De tweede keer dat het gebeurt, volgt een boete. En ga je voor de derde keer over de schreef, dan is het klaar en mag je je bedrijf niet meer uitoefenen. Verder is het belangrijk dat vakbonden, werkgevers en werknemers op een laagdrempelige manier signalen over misstanden kunnen doorgeven aan de Inspectie. En dat er vervolgens ook actie wordt ondernomen. En niet dat die meldingen, vanwege een gebrek aan capaciteit, vervolgens op een grote stapel belanden.”

Wat is de komende periode nodig van sociale partners en politiek om een toekomstbestendig certificeringsstelsel in te richten?

“Er is een breed draagvlak voor de verplichte certificering, zowel bij de bonden als bij de ABU. Voor de sociale partners ligt er een taak om ervoor te zorgen dat die certificering voldoende kwaliteit heeft. Dat er waarborgen zijn dat er op een goede manier wordt verloond en dat de huisvesting op orde is. Bovendien moeten wij als sociale partners in cao’s goede afspraken maken: dat bedrijven alleen zaken mogen doen met gecertificeerde uitzenders. Voor de politiek ligt er ten slotte de taak om deze wetgeving zo snel mogelijk door de Tweede en Eerste Kamer te loodsen. En vooral om te zorgen dat de Inspectie SZW veel meer armslag krijgt. Want zonder voldoende controles en een stevige sanctionering heeft verplichte certificering niet het gewenste effect.

Marcel Slaghekke, directielid van Carrière en HappyNurse Uitzendbureau

 

Kan het certificeringsstelsel slagen zonder voldoende publieke handhaving?

“Een certificeringsplicht heeft geen kans van slagen als er door de Inspectie SZW niet voldoende gecontroleerd wordt. Als de pakkans en boete onvoldoende zijn, ontstaat er risico-calculatie. Wij zien en horen dit in de markt. De kwaadwillende inlener lacht je uit, rekent het voordeel van het malafide uitzendbureau voor, en zet daar zijn risico en financieel voordeel tegenover. Dus zonder effectieve handhaving door de overheid is een certificeringsplicht een lege huls. Dan bereiken we namelijk niet wat we willen bereiken: namelijk het weren van niet-bonafide uitzenders en het beschermen van uitzendkrachten.”

Heeft de Inspectie SZW voldoende middelen om de verplichte certificering te handhaven?

“Nee, volstrekt niet. Het kabinet zal echt fors meer geld moeten vrijmaken, zodat de Inspectie kan investeren in het aanstellen van meer inspecteurs en digitale middelen. Daarnaast is het verstandig als de Inspectie zich in eerste instantie richt op de 10.000 uitzendbureaus die niet SNA-gecertificeerd zijn. Want juist deze bedrijfjes in het buitengebied vormen het probleem in de markt. Bovendien moet de Inspectie een scherp oog hebben voor bedrijven die een ‘ander jasje’ aantrekken. Want ze heten dan misschien ‘loonbedrijf’, ‘zzp-bemiddelaar’ of ‘contractor’, maar wat ze doen is gewoon het ter beschikking stellen van arbeid onder leiding en toezicht van de opdrachtgever. En wat tot slot belangrijk is, is dat de Inspectie inleners ook heel stevig aanpakt. Er moeten hoge boetes komen voor inleners die willens en wetens zaken doen met niet-gecertificeerde uitzendbureaus.”

Wat is de komende periode nodig van sociale partners en politiek om een toekomstbestendig certificeringsstelsel in te richten?

“Allereerst, zoals ik al aangaf, moet er fors meer budget vrijgemaakt worden voor de Inspectie SZW. Als die handhaving wordt geïntensiveerd, dan denk ik dat een certificeringsplicht zeker zijn effect kan hebben. Daarnaast hoop ik dat er bij alle betrokken stakeholders de politieke wil is om integraal naar dit onderwerp te kijken. Het probleem zit niet alleen bij uitzenders die zich niet aan de regels houden. Het probleem zit ook bij inleners die niet bereid zijn conform hun ‘eigen cao’ te betalen en vluchten in bijvoorbeeld schijnzelfstandigheid, zzp’ers of contracting. Een integrale benadering is noodzakelijk om een waterbedeffect te voorkomen.

Gerelateerde artikelen