Werken aan bestaanszekerheid
Werk vormt de basis om volwaardig en duurzaam mee te kunnen draaien in de samenleving en bestaanszekerheid op te bouwen. Uitzenders vervullen daarbij een cruciale schakel op de arbeidsmarkt. Joop de Boer, adviseur Publiek-private samenwerking van de ABU: “Er gebeuren steeds meer mooie dingen in onze branche.”
Bestaanszekerheid lijkt het woord van 2023 te worden, zeker in politiek Den Haag. Maar wat betekent het precies? Jasja Bos van het Nibud: “Het is de zekerheid dat je over de middelen kunt beschikken om in je levensonderhoud te voorzien. Ofwel: kun je rondkomen? In Nederland leven ruim 800.000 mensen onder de armoedegrens. Hun inkomen gaat geheel op aan noodzakelijke uitgaven, zoals voedsel of huisvesting. Zij kunnen financiële tegenvallers niet opvangen. Er is echter ook een grote groep mensen die net boven die armoedegrens leeft, maar wel constant struggelt. Daar vallen werkenden onder met hoge vaste lasten of sterk wisselende inkomsten.” Het Nibud focust begrijpelijkerwijs vooral op het financiële deel. In een wat bredere definitie gaat bestaanszekerheid ook over een goede gezondheid, betaalbare en duurzame huisvesting en gezonde sociale relaties. Korter: het gaat erom dat iemand volwaardig en duurzaam mee kan draaien in de samenleving.
Doen we genoeg?
Duidelijk is dat een relatief grote groep flexwerkers bestaansonzekerheid ervaart. Al in 2019 constateerde het Nibud: “Er zijn inmiddels twee miljoen flexwerkers tussen de 25 en 65 jaar, zoals mensen met een tijdelijk contract. Het Nibud ziet dat zij moeilijker rondkomen, minder sparen en minder vaak dan werkenden met een vast inkomen geld opzij zetten voor hun pensioen.” Uiteraard maakt het daarbij uit of iemand een student is die af en toe een klus doet om bij te verdienen of een kostwinner met sterk wisselende uren. Maar toch. Een laag of onregelmatig inkomen heeft zowel mentale als sociale gevolgen. Het kan leiden tot chronische stress, gevoelens van neerslachtigheid, uitzichtloosheid en sociaal isolement. Daardoor wordt het ook lastiger om weloverwogen keuzes te maken en worden grote beslissingen als trouwen of kinderen krijgen op de lange baan geschoven. Mensen belanden in een negatieve spiraal.
Joop de Boer, adviseur Publiek-private samenwerking bij de ABU: “Er zijn uitzendkrachten die een onzeker bestaan leiden. Niet elke werkende is bovendien zelfredzaam. Als branche hebben we hier in het verleden te weinig oog voor gehad. Dat is inmiddels wel anders. Natuurlijk: we moeten kritisch naar onszelf blijven kijken. Het kan altijd beter. Maar er gebeuren veel mooie en goede dingen, die direct bijdragen aan de bestaanszekerheid van uitzendkrachten. Denk aan de Perspectiefverklaring, waardoor uitzendkrachten eerder in aanmerking komen voor een hypotheek. Of aan de deelname van ABU-leden aan Geldfit, dat kan bijdragen aan de financiële fitheid van uitzendkrachten.”
“We moeten ons bewust zijn dat de uitzendbranche een heel krachtige partij is op de arbeidsmarkt, die een heel belangrijke rol kan spelen in de bestaanszekerheid van mensen.”
Joop de Boer, ABU
Meer zekerheid creëren
Inderdaad: de ABU zet met zijn kwaliteitskoers al jaren sterk in op duurzaamheid en dus meer bestaanszekerheid voor uitzendkrachten. Ook wettelijk is er beweging: flex wordt steeds minder flex, en vast minder vast. Maar wat kun je als uitzendondernemer zelf doen? Wat De Boer betreft zijn er verschillende manieren om eenvoudig meer stabiliteit te creëren. “Uitzendkrachten die de ene week tien uur werken en de andere twintig of vijfentwintig uur, kun je beter elke week vijftien uur vast inzetten. Een andere methode is om het loon te middelen, maar dat is in de praktijk nog best gecompliceerd. Bovendien creëert het ook meer regelmaat voor uitzendkrachten als zij wekelijks hetzelfde aantal uur werken.” Bos: “Met een gelijkmatig inkomen is het makkelijker budgetteren. Los daarvan is het voor uitzendkrachten prettiger om meer contracturen bij een en dezelfde uitzender te werken, dan dat ze verschillende uitzendbaantjes hebben.” Ook Rick Tuik van het publieke uitzendbureau Menso ziet ruimte voor verbetering. “Botst flexibiliteit met bestaanszekerheid? Dat wil ik niet zeggen. Er zijn genoeg werkenden die hier bewust voor kiezen en wie flexwerk prima past. Studenten bijvoorbeeld. Maar er zijn zeker ook groepen die gebaat zijn bij meer zekerheid. En ik geloof dat uitzenders zich meer kunnen inspannen om die zekerheid af te dwingen bij opdrachtgevers. Ga het gesprek daarover eens aan. Het is ook een kwestie van bewustwording. Zelf werken wij uitsluitend op basis van detacheringscontracten van een halfjaar.”
“Met een gelijkmatig inkomen is het makkelijker budgetteren.”
Jasja Bos, Nibud
Samenwerking tussen uitzenders
De Boer ziet ook kansen in de publiek-private samenwerking. “Bestaanszekerheid heeft te maken met zelfredzaamheid. Binnen die samenwerking kunnen uitzenders een belangrijke bijdrage leveren aan de duurzame inzetbaarheid van mensen. Wat ik een heel mooie ontwikkeling vind, is dat je binnen de publiek-private samenwerking ook de samenwerking tussen uitzenders onderling ziet toenemen. Privaat-privaat dus. Dit zijn mooie en belangrijke stapjes, want uitzenders vinden dit uit concurrentieoverwegingen vaak spannend. Maar het is waanzinnig effectief, want er stromen zo heel veel mensen uit naar werk. Stel dat je een poule maakt met meerdere uitzenders. Als je een maand voordat het contract van jouw krachten afloopt tegen je collega’s zegt: ‘Ik heb op dit moment geen ander werk. Kun jij deze uitzendkracht verder helpen?’ Dan vallen mensen niet steeds terug in werkloosheid of een andere kortstondige klus, maar houd je ze langer aan het werk.”
Bos: “Om structureel meer bestaanszekerheid te bieden, moet het minimumloon omhoog en moet er een ander toeslagenstelsel komen. Dat zijn zaken die werkgevers niet kunnen veranderen. Iets wat je wel kunt doen, is gebruikmaken van de Werkurenberekenaar die het Nibud biedt. Ik weet dat veel mensen die een uitkering hebben, zich zorgen maken wat een salaris gaat doen met de toeslagen waar ze recht op hebben. Met deze tool kun je dat inzichtelijk maken en zie je precies wat een baan je oplevert. Dat neemt een stukje onzekerheid weg.”
‘Verantwoordelijkheid omarmd’
Ondertussen gaat er vooral ook heel veel goed. De Boer: “Voor veel mensen is uitzendwerk de eerste stap naar werk. En het blijft tegenwoordig niet bij die eerste stap, er wordt steeds meer ingezet op duurzame inzetbaarheid. Publieke en private partijen vinden elkaar daarbij steeds beter. Er zijn zeer veel uitzenders die leerwerktrajecten opzetten. Zeker bij ABU-leden zie ik dat men steeds vaker zegt: ‘Wij nemen onze maatschappelijke verantwoordelijkheid.’ Niet even een kort contractje en dan doei, maar echt zorgen voor mensen, opleiden, ze aan het werk houden. Een groeiend aantal leden heeft speciale afdelingen die focussen op mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, de meest kwetsbare groep. En dat komt echt niet alleen door de krapte op de arbeidsmarkt. Die maatschappelijke verantwoordelijkheid wordt echt omarmd.”
Een prachtig verhaal
Die successen worden lang niet door iedereen gezien. Vakbonden, ‘Den Haag’, de media: nog al te vaak wordt de flexbranche afgeschilderd als snelle, hyper-commerciële jongens die met rommelcontractjes mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt uitbuiten. De Boer: “Daar kunnen we twee dingen aan doen. Eén: het nog beter doen. Twee: beter communiceren en veel vaker onze successen delen. We zijn te bescheiden. En daarmee bedoel ik niet alleen de ABU zelf, maar ook de individuele leden.” Tuik: “In de basis is uitzenden prachtig. Het zou niet om fee’s en targets moeten gaan. Wees dienstverlenend, dan verdien je. Als je de allocatierol goed invult, mensen goed behandelt en zorgt voor duurzame uitstroom, dan heb je toch een prachtig verhaal? En dat doet ook het imago van de uitzendbranche goed.” De Boer: “Het allerbelangrijkste is, dat we ons er als uitzenders bewust van moeten zijn dat we een heel krachtige partij zijn op de arbeidsmarkt, die een heel belangrijke rol kan spelen in de bestaanszekerheid van mensen. Daar begint alles mee.”